13 jun 2008, 15:50
Zoals iedere kankerpatient moet ook ik naast alle (bloed)onderzoeken geloven aan de steeds terugkerende periodieke scan. Daags voor de opname ben ik niet langer het zonnetje in huis, maar meer een nucleaire donderwolk met buien. De laatste die mij op zo’n moment waagde aan te spreken ligt nog steeds in comateuze toestand in het ziekenhuis. Doordat ik een week voorafgaand aan de scan en ook een week na afloop (wachtend op de uitslag) meer het plafond bekijk dan de binnenkant van mijn oogleden, wordt dat humeur er niet beter op. Het stomme is dat hoeveel warme melk met honing ik ook drink voor een poging-tot-slapen-gaan, ik ‘s nachts met geen mogelijkheid in slaap val, terwijl overdag tijdens hele gewone handelingen zoals boodschappen doen ik ineens zomaar wordt overvallen door een slaapaanval. Zo ben ik een keer door de manager van de Albert Heijn na sluitingstijd wakkergeschud, toen ik met mijn ogen gewoon open met een blik kattenvoer in mijn hand voor het schap stond te suffen. Je denkt dat dat overdreven is, maar in die winkel bij ons om de hoek is het zo’n klerezooi dat ik daar helemaal niet opviel. Ja, na negenen dus wel. Nou zijn ze daar gelukkig een hoop van me gewend. In depressieve periodes kon ik ook hartverscheurend huilen als de bloemkool was uitverkocht terwijl ik daar net zo’n zin in had. Met door snikken gesmoorde overslaande stem moest ik dan aan toegesnelde medewerkers uit gaan leggen wat er aan de hand was. Sindsdien zijn ze een beetje bang voor mij en gaan ze mij liever uit de weg. Vandaar dat ik dus zomaar een paar uur lang staand kan tukken.
Maar als je dan opgemonterd naar huis rent en denkt van het moment gebruik te kunnen maken door meteen met kleren en al en blik kattenvoer in bed te springen, blijkt dat het moment alweer voorbij is. Nou ligt het ook niet echt lekker met zo’n stuk conserven in je rug, maar ik ben tenslotte geen nuffige prinses op de erwt, maar een Slapeloze Sakka op de Sheba.
Comazuipen dan maar. Als kinderen van 12 jaar dat kunnen moet dat voor een doorgewinterde alcoholiste als ik geen probleem zijn, zo bedenk ik. Maar ook mijn redenering blijkt door slaapgebrek aangetast. Want natuurlijk is deze professionele zuipschuit heus wel bestand tegen een paar verwaarloosbare flessen wijn, whiskey en wodka. Zelfs als ik ‘s ochtends vroeg al begin.
Nou kijken ze in het ziekenhuis al niet meer gek op als ik met bloeddoorlopen ogen mijn opwachting maak vergezeld door Een Kegel die me vooruitsneld voor ik binnentreed. Helemaal strak lig ik op de plank die vervolgens die enorme centrifuge wordt ingeschoven waarbinnen het een lawaai van jewelste is. Het gonzen doet de aders op mijn slapen vervaarlijk kloppen, de kakefonie aan geluiden maakt me gek en dan…val ik in slaap.
(Oh ja, iedereen kan weer gewoon over straat want ik heb de uitslag inmiddels gekregen. De cellen zijn nog steeds rustig, and so am I. Welterusten.)